NATUUR

Tremalzo en Bocca Casèt

Tremalzo is an extraordinary botanical garden thanks to its concentration of endemic flowers and it is best known in all Europe for many botanists.
In the area of Tremalzo there is also the pass Bocca Casèt, famous for the bird migration during the summer and autumn time.

"Tremalzo is een buitengewoon gebied, dankzij de hoge dichtheid aan inheemse bloemen en is beroemd in heel Europa als de tuin voor vele botanisten”

Tremalzo is de naam van een bergketen die in het zuidwesten van het Valle di Ledro ligt. De keten loopt van west naar oost tussen Monte Bragone dal Sole en Val Marcia en van noord naar zuid tussen Col Pasövri en de oude grens tussen Italië en Oostenrijk, wat nu de grens is tussen Trentino en Lombardije. De pas ligt op 1665 meter boven zeeniveau maar het hoogste punt is Monte Tremalzo op 1975 meter hoogte. Andere bergen die behoren tot de Tremalzoketen zijn de Cima Marogna (1953 m) die in de richting van het Gardameer ligt, de Corno Spezzato (1858 m) richting de vallei en Cima Avez (1895 m) aan de westzijde richting Valle di Chiese. Als we naar de kaart kijken dan zien we duidelijk dat we in de Vooralpen zijn: de hoogte van de bergen is gemiddeld ten opzichte van de Dolomieten en de Adamellogroep die hemelsbreed niet ver ligt van hier.

Tremalzo ligt in het midden tussen de Povlakte en de Alpen. In de zomer is het klimaat milder dankzij de invloed van het Gardameer, terwijl er in de winter veel sneeuw valt en de dikke sneeuwdeken blijft vaak van november tot april liggen vanwege de ligging op het noordwesten. Het gebied is eigenlijk een groot bassin waar eeuwen geleden eerst schaapherders en later veehoeders hun beesten op de weides lieten grazen. De groene weides, in de zomer rijk voorzien van goed gras en wilde bloemen, en het feit dat er geen steile rotswanden in het gebied zijn die gevaar zouden kunnen opleveren, zorgden en zorgen ervoor dat dit gebied ideaal is voor deze activiteiten. Het gebied is tegenwoordig goed bereikbaar via een weg, maar vroeger was het pad dat naar Tremalzo voerde niet zo erg steil waardoor het ook toegankelijk was met een groot aantal dieren.

Het gebruik om het vee naar de hooggelegen bergweides te brengen was noodzakelijk voor de mensen in de Alpenvalleien om hun lokale economische positie te verbeteren in deze harde natuurlijke omgeving. Daarnaast heeft het ook te maken met het feit dat wordt voldaan aan de behoeften van het vee: om een goed product te kunnen maken, moeten de dieren gevoed worden met een bepaald soort gras en het vereist bepaalde temperaturen. 

De bergtoppen in dit gebied hebben een rotsbodem en zijn overdekt met dwergdennen die hier in grote hoeveelheden groeien. Als je op de top staat heb je een schitterend uitzicht over het Gardameer (naar het oosten), de Amadellogroep (in het noordwesten) of naar Valle di Ledro in het noorden waar het meer en de omringende bergtoppen van de Val Concei goed zichtbaar zijn. Het is een steile beklimming maar wel de moeite waard. De wandeltijd is relatief kort omdat je met de auto tot 1700 meter hoogte kunt komen.

Vanaf de voet van Monte Tremalzo, rond Passo Ampola, tot aan een hoogte van 1750 meter, is de berg begroeid met dikke bossen met voornamelijk sparren, dennen en beuken. Los van de oude gebouwen die door de schaapsherders nog steeds worden gebruikt in de zomer, zij er diverse andere gebouwen en huizen die verschuild zijn in het bos. Het zijn de signalen van de toeristische ontwikkeling rondom Tremalzo die in de jaren 70 van de vorige eeuw begon en enkele jaren geleden is beëindigd.

De grens tussen Trentino, de provincie Trento, en Lombardije, provincie Brescia loopt over de bergkam, haaks op het Gardameer. Voordat de eenheid van Italië in 1918 ontstond, was dit de grens tussen het Koninkrijk van Italië en de Habsburgse monarchie. Tijdens de Eerste Wereldoorlog bezetten Italiaanse soldaten de zuidzijde van de vallei en vestigden hun hoofdkwartier op Passo Tremalzo. De Oostenrijkers zaten op de noordzijde (Cadriagroep, Saval, Cima d’Oro, San Giovanni) waar ze reeds vele loopgraven hadden gemaakt en artillerie hadden opgesteld. De Italiaanse troepen hadden niet genoeg tijd om de rotsen uit te hakken voor het maken van schuilplaatsen en aanvalspunten maar ze vormden de oude paden die liepen van de vallei naar de belangrijkste berggebieden in karresporen, zodat ze veel sneller hun artillerie konden verplaatsen. De weg naar Tremalzo werd als een van de belangrijkste beschouwd: het begin van deze weg was gesitueerd rond Passo Ampola en verbond de alpineweides van Tiarno di Sotto, Bezzeca en Tiarno di Sopra. Op de Tremalzopas sloot deze pas aan op de oude Oostenrijkse weg die leidt naar Passo Nota (1208 m) en Limone aan het Gardameer.

De weg van Ampola naar Tremalzo werd verbreed en geasfalteerd en dat bracht veel voordelen voor de mensen in de vallei. Eerst voor de veehouders en de mensen die in de bossen werkten en later ook als belangrijke schakel in de ontwikkeling van het toerisme.

De bergen in dit gebied bestaan grotendeels uit dolomietgesteente, een steensoort die bestaat uit calcium-magnesiumcarbonaat dat 220 miljoen jaar geleden werd gevormd.

De flora in dit gebied is zeer uniek en botanisten vanuit heel Europa komen hier om de planten te bestuderen. De eerste die de bijzondere waarde van dit gebied herkende, was Caspar von Sternberg (1761-1838) die tijdens zijn reis door Trentino een bijzondere variant van de Saxifraga, de Saxifraga arachnoidea, en een nieuwe akelei vond. In het midden van de 19e eeuw kozen twee andere experts Valle di Ledro uit als studiegebied: Francesco Facchini (1788-1852) en Friedrich Leybold (1827-1879). De eerste vond een nieuwe Scabiosa (Duifkruid), de Scabiosa vestina, een zeer zeldzame Spitzels Orchidee (Orchis spitzelii) en een peperboompje maar hij slaagde er niet in deze laatste ontdekking te publiceren omdat hij overleed. Leybold die in hetzelfde jaar arriveerde, was daarom degene die officieel de Daphne petraea (steenpeperboom) ontdekte. Hij vond ook de Ranunculus bilobus (tweelobbige boterbloem) maar die werd pas vijf jaar later door Bertoloni beschreven. In 1854 kwam Pietro Porta hier en hij vond een koekoeksbloem met grote paarse bladeren die anderen nog nooit hadden gevonden: Elisabeth's koekoeksbloem (Silene elisabethae).
Andere plantkundigen hebben deze bergen ook grondig verkend op zoek naar andere planten. Tot op de dag van vandaag zijn er universiteiten die regelmatig komen om de natuur en de omgeving van Tremalzo te bestuderen omdat dit gebied wordt gezien als een van de rijkste natuurtuinen vanuit botanisch perspectief, dankzij de hoge concentratie aan inheemse planten.

De laatste tien jaar is Tremalzo ook bekend geworden vanwege de vogeltrek die plaatsvindt bij Bocca Casèt. Door de Bocca, een smalle pas, vliegen duizenden vogels tijdens hun trektocht aan het einde van de zomer. Omdat de pas behoorlijk hoog is (1608 m), vliegen de vogels erg dicht bij de grond en daarom is het voor specialisten erg gemakkelijk om ze te vangen met een net en ze te ringen om te kunnen zien waar ze heen gaan en waar ze vandaan komen.




La valle di Ledro

What you can find at Lake Ledro and surroundings

> Lago di Garda 15Km
> Utrecht 1100Km

> Milan 200Km
> Verona 90Km

Instagram Wall

Scroll To Top